Op 27 juni organiseerde de Hogeschool van Amsterdam het symposium ‘Hitte in de stad: hete hangijzers’. Het vond plaats in de Openbare Bibliotheek Amsterdam en bood via deelsessies, lezingen en een paneldiscussie een interessante kijk op verschillende HvA-onderzoeken over hitte, evenals het gezamenlijk opstellen van een ontwikkelagenda voor de toekomst. Van koele plekken tot hete nachten, van bomen als koeling tot het inzetten van citizen science bij hitte: allerlei thema’s kwamen voorbij. 

US’ers Evy, Per en Nina waren bij het symposium aanwezig en delen hun belangrijkste inzichten van de dag. 

Evy de Kort

“Hittestress is een aandoening veroorzaakt door aanhoudende extreme hitte waarbij warmte niet goed wordt afgevoerd. Dit uit zich in verschillende lichamelijke klachten en kan in extreme gevallen zelfs tot sterfte leiden. Bomen spelen een cruciale rol in het verminderen van hittestress. Tijdens de deelsessie ‘Verkoeling door Bomen’ door René van der Velde (TU Delft), Dante Föllmi (HvA) en Laura Kleerekoper (HvA), leerde ik welke elementen van een boom bepalend zijn voor het creëren van een verkoelend effect tijdens extreme hitte. Het groeperen van bomen op basis van bladerdekgrootte- en omvang werd genoemd als een goede richtlijn bij het implementeren van groen.  

Tijdens de discussie werd benadrukt dat naast het verkoelende effect ook de mogelijke risico’s in acht genomen moeten worden. Het toenemende aantal bomen kan bijvoorbeeld pollen en allergieën met zich meebrengen, wat voor sommige mensen een zorgpunt kan zijn. Het vinden van een balans tussen het creëren van verkoeling door bomen en het minimaliseren van mogelijke gezondheidsrisico’s blijft dus een belangrijk aandachtspunt.” 

Per Prins

“Mijn keuze viel op de deelsessies binnen het thema Gebied. In de eerste deelsessie ‘Cool networks’ hoorde ik over de nieuwe richtlijnen voor “koele plekken” en “koele routes” in de openbare ruimte. Stephanie Erwin van de HvA en Koen Veenenbos van CAS gaven een presentatie waarin we de effectiviteit van verschillende maatregelen bespraken. We focusten ook op de noodzaak van meer koele plekken. In de deelsessie ‘Hete nachten’, gepresenteerd door Jeroen Kluck van de HvA en Lisette Klok van CAS, werden simulaties getoond die de hitte in woningen in kaart brengen. Ik leerde over het belang van nachtelijke ventilatie en hoe de nachttemperaturen een grote rol spelen. Het werd duidelijk dat het begrijpen van nachtelijke hitte van groot belang is, maar dat er nog veel onbekendheid heerst op dit gebied.” 

Nina van Wijk

“Hitte is een probleem dat mensen raakt in hun dagelijks leven. Daarom besloot ik aan te sluiten bij de deelsessie ‘Gebruik van Citizen Science in Klimaatadaptatie plannen’ door Anna Solcerova en Lisanne Corpel van de HvA en Teije Terhorst van Waag. Zij vertelden over het citizen science project Thermo-staat, waarin samen met bewoners de hitte in hun woning wordt gemeten. Via een digitaal platform staan de bewoners daarnaast in contact met journalisten en experts om duiding te geven aan hun data en om mee te denken over relevante journalistieke vragen. Hierna gingen we in discussie over citizen science: hoe maak je het inclusief en wat doe je met de resultaten? Citizen science biedt een interessant handvat om mensen handelingsperspectief te bieden, zeker voor problemen die letterlijk binnen je huis komen.” 

Op naar koelere hangijzers

Omgaan met de toenemende hitte: we zijn er nog lang niet, maar de inzichten van het symposium hebben ons nieuwe kaders en oplossingsrichtingen geboden. De interactie met alle diverse deelnemers – van gemeente tot GGD en van kennisinstelling tot woningcorporatie – droeg hier ook aan bij. Samen maken we de hete hangijzers een stukje koeler.  

 

Gezond leven: drie lessen uit Jordanië

Vakantie: altijd heel fijn, soms ook (iets te hard) hard nodig en vooral een uitgelezen moment om jezelf te laten inspireren door een andere cultuur. Vier weken geleden stapte ik in het vliegtuig naar Jordanië, en voor degenen die het overwegen: ja, het is een aanrader. 

Eenmaal terug in Nederland ging ik reflecteren op onze reis. Wat kunnen wij leren van de Jordaanse gebruiken, waar ben ik door geïnspireerd? Als adviseur gezonde gebiedsontwikkeling leren we graag van blue zones, gebieden op de wereld waar mensen meetbaar langer leven. Ik denk echter dat elk gebied op zijn eigen manier inspirerend kan zijn voor hoe mensen wonen, leven, werken en met elkaar omgaan. Wat viel mij op in Jordanië? 

Eet jezelf gezond 

Als vegetariër kon ik zonder problemen elke dag heerlijk eten. Waar het in sommige landen nog best heel ingewikkeld kan zijn om vegetarisch te eten, gebruikt de Jordaanse (en Midden-Oosterse) keuken veel groente, peulvruchten en in beperkte mate zuivel. Natuurlijk zijn er veel onwijs lekkere gerechten met vlees, maar je kan ook zeker je maal doen met pita met hummus, baba ganoush en falafel, heerlijke salades zoals tabouleh en fattoush. Vezelrijke en voedzame gerechten met een lage milieu-impact.  

Een ander leuk bijkomend effect: waar in Nederland shared dining tegenwoordig een modeterm is geworden, is het in Jordanië zoals in veel landen gebruikelijk om al het heerlijke eten te delen. Eten en koken is een gezamenlijke activiteit. 

Ga er op uit!

Beweging is essentieel voor een goede gezondheid, dat is bekend. In Jordanië hebben we genoeg bewogen, en hebben we ook veel geleerd van de benadering hiervan. Eén belangrijke les uit Jordanië is dat zwaarte van tochten structureel wordt onderschat. Als je hoort: “Easy hike, 40 minutes”, kan je er vergif op innemen dat het waarschijnlijk geen easy hike is en waarschijnlijk ook geen 40 minutes. Hoe prachtig en bijzonder het is, is dan weer niet gelogen.  

Wij bemerkten bij de mensen die we spraken een enorm relaxte mentaliteit tegenover het wat wij een vrij onverbiddelijk landschap zouden noemen. De Dode Zee is met haar enorm hoge zoutgehalte letterlijk dodelijk, de bergachtige gebieden zijn stijl en droog en in de kloven kan gevaarlijk veel regen vallen in korte tijd, en de delen zandwoestijn zijn uitgestrekt en loeiheet (dat is het hele land). Er werd ons verteld dat je prima op een dagtocht kon gaan met genoeg water, op tijd vertrekken, een hoed op en in de schaduw. Lunchpakketje mee en je bent voorzien.  

En dat vonden wij juist heel mooi. We zagen een relatie met de natuur die veel symbiotischer is dan hoe wij het benaderen. Met de juiste voorbereiding kan je prima die uitdagende natuur aangaan, in beweging zijn en prachtige dingen zien. In Nederland hebben we misschien geen prachtig uitgesleten kloof, geen wereldwonder of geen Dode Zee, maar we hebben juist de perfecte omstandigheden om veel in beweging te zijn. En daarin kunnen we ook best wat meer onze grenzen opzoeken. Hier staat tegenover dat we die natuur die zo uitnodigt om erop uit te gaan, daarvoor dus ook meer zouden moeten en kunnen creëren.  

Gastvrijheid als basis 

Een gezond en gelukkig bestaan valt of staat bij de rol van de community: samenzijn, op elkaar kunnen leunen en er voor elkaar zijn. Wij hebben zo veel gastvrijheid mogen ontvangen tijdens onze korte reis. Mensen waren vriendelijk, geïnteresseerd en behulpzaam. Op diverse plekken werd in mum van tijd heerlijk eten voor ons bereid, waarbij het ook altijd mogelijk was dit af te stemmen op ons (vegetarische) dieet. Deze gastvrijheid heeft ons verblijf echt een niveau hoger gebracht, en vond ik in groot contrast met onze toch meer individualistische aanpak in Nederland. Ik ben ervan overtuigd dat ook in Nederland dit mogelijk is en dat dit buurten en wijken een enorm prettig gevoel kan geven. 

Wat neem jij komende zomer mee uit jouw vakantie? 

Eten, bewegen en samenzijn: mijn vakantie heeft de kernwaarden voor een gezonde leefomgeving weer in een fris daglicht gezet. De zomer staat voor de deur. Ik nodig jou uit om ook op (of na) jouw vakantie na te denken over welk (gezond) gebruik je graag mee zou nemen naar huis. Wat kan je leren van jouw bestemming over gezond leven? Of je vakantie nou ver weg of dichtbij huis is, ik geloof dat je altijd iets nieuws meeneemt. En ik ben heel benieuwd wat dat is. 

 

Als zeventienjarige schoof ik de collegebanken van de faculteit Bouwkunde in. Mijn motivatie was vrij simpel. Ik word blij wanneer een plek mooi is, dus als ik mooie plekken maak, worden andere mensen (hopelijk) ook blij. Maar hoe doe je dat eigenlijk, mooie plekken maken? Wat is een mooie plek? De afgelopen 100 dagen – en nu ik dit schrijf onderhand al iets meer – ben ik daar als conceptontwikkelaar bij Urban Sync mee bezig geweest. Met mooie, gezonde gebieden maken voor iedereen. Wat heb ik daarvan geleerd?

Les 1: Gebiedsontwikkeling is levensontwikkeling

In de gesprekken die ik voerde met bewoners over hoe we hun straat en de leefbaarheid kunnen verbeteren, gaat het meestal niet letterlijk over de stenen, of de straat. Het gaat over de weg die te lang is om zonder pauze te doorlopen wanneer je slecht ter been bent. Over die ene oversteek die voor fietsers gevaarlijk is en waar vaak ongelukken gebeuren. Of over de enorme hitte in de zomer omdat er weinig groen en nauwelijks schaduw is. Ik vraag me daarom soms af of ‘gebiedsontwikkeling’ eigenlijk wel de juiste term is. Het spreekt tot de verbeelding, en feitelijk gezien, is het wat we doen. Toch is het veel groter dan dat: we verbeteren (en ontwikkelen) levens. Tenminste, dat proberen we en hopen we te doen. Doen we onszelf met de term gebiedsontwikkeling dan niet tekort? Wat gebeurt er als we het “levensontwikkeling” gaan noemen?

Les 2: Gebiedsontwikkeling als essentieel middel

Dat brengt mij bij mijn tweede les. Eigenlijk wist ik dit al, maar het is mij nog duidelijker geworden. Gebiedsontwikkeling is een middel, en geen doel op zich. Is dat gek om te zeggen als conceptontwikkelaar gezonde gebieden? Misschien wel, maar wanneer ik er langer over na denk, zijn heel veel (mooie en waardevolle) beroepen een middel. De arts helpt je beter te worden zodat je een gezond leven kan leiden, een onderwijzer helpt leerlingen bij het vormgeven van een mooie toekomst. Een psycholoog helpt krachtig het leven te kunnen aangaan, de sportleraar bij het sterk, fit en blij worden. De pakketbezorger brengt rust in je dag doordat je één tripje minder hoeft te maken, de kapper een glimlach op je gezicht doordat je je mooi en verzorgd voelt. Deze lijst is oneindig lang en hij raakt aan wat wij als mens altijd nastreven: gezond, gelukkig, veilig en ontspannen kunnen leven met zo veel mogelijk geliefden om ons heen. Daarom ben ik er trots op dat gebiedsontwikkeling een essentieel middel is dat ervoor zorgt dat onze bebouwde omgeving past bij alles wat we in ons dagelijks leven doen. Als wij het zien als middel, en het ook zo behandelen, maken we namelijk gebieden die passen bij het uiteindelijke doel: een gezond en gelukkig leven.

Les 3: Tijd voor een nieuwe benadering

En precies dat middel, raakt aan mijn derde en laatste les. Het is tijd voor een nieuwe benadering, waarin we integraal gaan uitzoeken hoe we dat doel van een gezond en gelukkig leven kunnen behalen. Een gezonde wijk kunnen wij niet realiseren zonder met de artsen om tafel te zitten over gezondheidsproblematiek die er speelt, of met het buurthuis welke sociale uitdagingen de wijk treft. Integraal kijken betekent integraal begrijpen en op die manier een oplossing gaan zoeken.
Gebiedsontwikkeling wordt vaak gezien als een investering die binnen zichzelf (financieel) haalbaar moet zijn. Wat gebeurt er als een deel van de winst die wordt behaald met het gebied, in het zorgdomein zit? Bijvoorbeeld door een verlaging van zorgkosten vanwege schonere lucht of doordat bewoners worden uitgenodigd meer te bewegen. Het kunnen meenemen van deze winst betekent dat gezonde gebiedsontwikkeling nog meer een vlucht kan gaan nemen. En kan ik vol enthousiasme verder gaan met het maken van die mooie plekken waar ik als zeventienjarige al van droomde, en nu bij Urban Sync elke dag mee bezig ben.

De ambitie: de Duurzaamste Kilometer van Nederland zijn. We (Erik & Jacky) kunnen in ieder geval stellen dat we het onszelf en de partners van de DZKM niet makkelijk hebben gemaakt met zo’n ambitieuze doelstelling. De Duurzaamste Kilometer is een gebied rondom Leiden Centraal en de Schipholweg, dat we in samenwerking met alle partners van de DZKM, sneller dan de landelijke of gemeentelijke ambities, gaan verduurzamen. Toen we begin dit jaar het project overnamen van onze voorgangers hebben we diverse doelen voor 2022 vastgesteld. Eén daarvan was de zichtbaarheid van de Duurzaamste Kilometer vergroten. Vanuit deze doelstelling is De Week van de Duurzaamste Kilometer ontstaan.

20 juni t/m 24 juni was het eindelijk zover, de Week van de DZKM. De gehele week hebben we activiteiten georganiseerd die laten zien hoe leuk, makkelijk én lekker duurzaamheid kan zijn. De meest opvallende is de pop-up store op Leiden Centraal.

Created by Leon de Poorter | Life Through Pixels

Iedere dag waren wij of andere collega’s van Urban Sync hier te vinden. Natuurlijk moest deze ruimte ook duurzaam ingericht worden. Al snel kwamen we bij het Circulair Warenhuis in Leiden uit. Zij upcyclen, in samenwerking met kunstenaars, producten die niet verkocht kunnen worden in kringloophuis Het Warenhuis. Gelukkig waren zij net zo enthousiast als wij en was de pop-up store snel gevuld met mooie en duurzame tafels, stoelen, tassen, boeken en nog veel meer. We hebben veel geïnteresseerden mogen ontvangen in de pop-up store: vertraagde reizigers, nieuwsgierige reizigers, partners van de DZKM en anderen. Zij kwamen voornamelijk langs om tussen de duurzame producten te snuffelen, vragen te stellen over de DZKM of om hun wegwerpkoffiebeker in te ruilen voor een duurzaam exemplaar.

Alsof het zo moest zijn, heeft Erik op dinsdag namens de DZKM gesproken op één van de Urban Living Lab Summits 2022 van het AMS Institute in Amsterdam, die toevallig in de week van de DZKM viel. Op deze bijeenkomst, waar onder andere MIT op aanwezig was, heeft hij verteld over de “Lessons learned” in de DZKM en over hoe je tot concrete doelen komt. Naast dat de presentatie enthousiast werd ontvangen en het bereik van de DZKM tot over de grens is verlegd, was het een zeer leerzame middag.

Donderdag 23 juni organiseerden we een inspirerende middag met borrel op The Field. De middag begon met een lezing van De Groene Arbeidsovereenkomst. Met deze overeenkomst zetten werkgever én de werknemer samen stappen om te verduurzamen. Dit kan bijvoorbeeld door extra vrije dagen aan werknemers te geven wanneer zij met de trein op vakantie gaan. Daarna was het tijd voor de studenten van het honoursvak Citizen Science om de resultaten van hun onderzoek in de DZKM te presenteren. Zo weten we nu dat afvalbakken een positieve invloed hebben op de mentale gezondheid van mensen en dat het loont om mensen te nudgen om hun afval weg te gooien. Na een presentatie van ons, waarin we terugkeken op het afgelopen halfjaar, vooruitkeken naar komend half jaar en de concept-doelen van de DZKM hebben gepresenteerd, was het tijd voor de borrel!

Created by Leon de Poorter | Life Through Pixels

Wij kijken tevreden terug op de Week van de DZKM. In deze week hebben we samen met de partners een aantal mooie dingen voor elkaar gekregen. Zonder enthousiasme van de NS was het niet mogelijk geweest om een pop-up store neer te zetten. Ook de bijdrage van de studenten van Citizen Science vinden we erg waardevol. Daarnaast is het natuurlijk fantastisch dat we een locatie zoals The Field in de DZKM hebben waar we gebruik van kunnen maken.

Het doel van deze week: meer zichtbaarheid voor de DZKM, is zeker gelukt. Nu op naar ons volgende doel: meer actie! Daar werken we hard aan. We zijn druk bezig met een aantal projecten, zoals het delen van parkeerplekken en het verduurzamen van logistieke stromen. Wil je op de hoogte blijven van de activiteiten binnen de DZKM? Volg dan onze LinkedIn-pagina!

Tot snel,
Erik & Jacky

 

 

De supermarkt, het buurtpleintje, de bakker, goede woningen (zowel betaalbaar als “duur”), de bomen en planten, het speciaalzaakje om de hoek, het park en fijne fiets- en wandelpaden: allemaal essentiële elementen voor een aantrekkelijke en gezonde buurt. Hoewel dit allemaal belangrijke ingrediënten zijn voor een fijne buurt, ontbreekt er nog een belangrijk element: de mensen. In mijn ogen zijn het namelijk vooral de mensen die een buurt aantrekkelijk en gezond maken. De bewoners geven de buurt karakter en identiteit.

Het liefst woon ik zelf in een gemixte buurt. Een buurt waar jong en oud, de schilder en de mensen met een vage functietitel, de Turk en de nuchtere Brabander allemaal samenwonen. Waarom ik dit vind? Dat heeft verschillende redenen:

  1. Een mix van mensen, plus de voorzieningen die hiermee gepaard gaan, creëert levendigheid. Een buurt waar iedereen het met elkaar eens is, waar we allemaal dezelfde boodschappen doen en dezelfde hippe zonnebril dragen (die ik overigens wel bezit): nee dank je wel! Ik heb liever verrassende gesprekken, een biertje bij café Hans en een vers fetabroodje van de Turkse bakker.
  2. Ik ga graag op excursie buiten mijn eigen bubbel. Er zijn zoveel verschillende meningen, mensen en overtuigingen in Nederland. De diversiteit in politieke voorkeur bewijst dit nog maar eens. Toch zie ik bij mijn vrienden en collega’s maar weinig van dit soort diversiteit terug. We zitten allemaal in onze eigen bubbel! Een gemixte buurt geeft mij de kans om even uit mijn bubbel stappen. En hoewel ik mij niet altijd kan vinden in de voorkeuren van anderen, ben ik wel vaak nieuwsgierig wat hierachter zit en waar dit vandaan komt. Waarom stemt de één voor een suikertaks en de ander tegen, waarom wil Pietje wel een groene leefstraat en Pukje niet. De beweegredenen achter deze keuzes vind ik veel interessanter dan de keuze zelf. Het geeft mij namelijk een kijkje in de wereld van iemand anders en zorgt voor meer wederzijds begrip (wat de wereld wel kan gebruiken). Daarnaast stelt dit mij in staat om aan buurten te werken waar verschillende mensen prettig kunnen (samen) wonen.
  3. Volgens mij hebben we elkaar ook gewoon nodig. Met mijn twee linkerhanden ben ik heel blij dat ik mensen in de buurt heb wonen die mij kunnen helpen met het behangen van een muurtje, naar mijn auto kunnen kijken als er iets stuk is of mij kunnen vertellen dat ik mijn belastingaangifte weer verkeerd heb ingevuld. Andersom help ik graag waar ik kan: tips om te sporten, lekkere recepten of het opzetten van een klein buurtproject.

Mijn visie op buurten neem ik ook mee in mijn projecten bij Urban Sync. Mijn achtergrond in Sociologie en conceptontwikkeling komen altijd in een mooie mix terug in de projecten waar ik aan werk. Ik ben altijd wel te porren voor een onderzoek in de wijk, een brainstormsessie, het ontwikkelen voor een (buurt)visie of een leuke dag met bewoners.

Wil je meer weten over mij, Urban Sync of de projecten waar ik aan werk? Voel je vrij om een mailtje te sturen.